Morgen wordt na 4 jaar touwtrekken eindelijk de zaak behandel die een patient tegen zijn huisarts aan heeft gespannen omdat hij deze verantwoordelijk houdt voor zijn verlamming. Toon van Buel (53) uit Naaldwijk raakte in 2004 bijna volledig verlamd. Samen met zijn vrouw Anneliese (50) woont hij in een aangepaste woning in Naaldwijk. Hij doet zijn verhaal: ‘Ik voelde mijn ledematen uitvallen. Eerst mijn benen en als laatste mijn armen. Alsof iemand de stekker uit mijn lichaam trok.’
Van boosheid of wraakgevoelens is volgens van Buel inmiddels nauwelijks meer sprake. Het kort geding moet een hoofdstuk afsluiten en gerechtigheid brengen. Ook ligt er een eis voor schadevergoeding: ruim 108.000 euro. „Ik denk dat we een sterke zaak hebben, maar ze hebben al zoveel rottigheid uitgehaald. Ik werd telkens met een paracetamolletje naar huis gestuurd,’’ aldus van Buel, die in de zaak wordt bijgestaan door advocaat Sneep uit Bergen op Zoom.
Met ‘ze’ wijst Van Buel naar de huisartsenpost waar hij voor het eerst aan de bel trok voor zijn lichamelijke klachten, de ‘s-Gravenzandse huisarts en het ziekenhuis waar hij een week later belandde. Niemand zou de klachten serieus hebben genomen. Het kort geding concentreert zich op de eigen huisarts. „Daar ligt de basisfout.’’
Van de ene op de andere dag kreeg Van Buel hoge koorts, pijn in zijn nek en rode vlekken. Op 17 december 2004, een zaterdag, besloot de Naaldwijker naar de huisartsenpost te gaan. „Het zou slechts een griepje zijn. Maar de pijn werd steeds erger. Op maandag ben ik naar mijn eigen huisarts gegaan, die precies hetzelfde zei. ‘Slik er maar een paracetamolletje bij.’ Zo’n man heeft ervoor gestudeerd, dus je vertrouwt toch op zijn kennis. Maar ik voelde me steeds beroerder. Ik kon op een gegeven moment niet meer traplopen of zelfs plassen. Er zat geen enkele kracht meer in mijn lichaam. Mijn arts bleef telkens volhouden dat het niets ernstigs was.’’
Zes dagen na de eerste klachten bracht de arts in kwestie een huisbezoek. „Hij kon zien dat ik inmiddels nauwelijks meer kon lopen. Ik werd naar het ziekenhuis gestuurd. Ook daar heb ik lang moeten wachten. Pas toen ik bijna niets meer van mijn lichaam kon bewegen, werd er een mri-scan gemaakt. Ik bleek een agressief abces hoog in mijn nek te hebben dat tegen mijn ruggenmerg drukte. Mijn chirurg vertelde dat ik eerder had moeten komen, dan zou ik er lang niet zo ernstig aan zijn toe geweest. Een dag later had ik zelfs niet meer geleefd.’’
Zijn vrouw, Anneliese van Buel, zegt zich het moment nog goed te herinneren dat hij naar de operatiekamer werd gedragen. „Met een blik van opluchting. Eindelijk werd er actie ondernomen.’’
Toon van Buel moest na de operatie anderhalf jaar revalideren voor hij weer naar huis mocht. Na veel fysiotherapie kwam er deels weer gevoel terug in z’n armen. Zijn vrouw begon in de tussentijd aan een complex juridisch gevecht, dat morgen tot een climax moet komen in de Haagse rechtbank. Hij: „We zijn allebei in een korte tijd voor ons gevoel dertig jaar ouder geworden. Ik kan bijna niks meer. De hele dag gaat op aan mijn verzorging. Ook is mijn concentratie weg. Ik kan nog geen krantenartikel lezen.’’
„We zijn er ook financieel slecht aan toe,’’ vertelt Anneliese van Buel. „Invalide zijn is hartstikke duur.’’ Het echtpaar zegt de zitting wel bij te wonen. „Je wordt er moe van om alles telkens te herbeleven. Dit is ook een stukje verwerking.’’
De huisarts en zijn raadsman R. van Dijk van KBS-advocaten te Utrecht wilden niet reageren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten